top of page
a.bouwman

Prentenboek: integratie taal en rekenen in groep 2-3

Veel prentenboeken bevatten niet alleen mooie verhalen en illustraties, maar bieden vaak ook kansen voor een gesprek over rekenproblemen en reken-wiskundige aspecten. Ideaal om meer met hetzelfde boek te doen. Je biedt allerlei begrippen vanuit een context aan en geeft ruimte voor redeneren over oplossingen. Zo verrijk je (reken)taal en legt een goede basis voor begrip. Gebruik voor een vloeiende doorstroom hetzelfde prentenboek in groep 2 en 3.


Twee voorbeelden voor boeken in de zomerperiode

In De schaduw van Jan (Geelen) ontdekt Jan dat zijn nieuwe vriendje De schaduw precies hetzelfde doet als hij. Als je dit boek samen met de kinderen op een zonnige dag leest, kun je de kinderen hen hun eigen schaduwlaten ontdekken. Ze kunnen elkaars schaduw omtrekken met stoepkrijt en ze kunnen leren wat ‘dynamisch’ is. De koppeling met de tijd is snel gelegd: naarmate de dag vordert, verandert de schaduw. Met vragen als ‘Wat zie je?’,‘Hoe kan dat?’ en‘Wat gebeurt er nu als …? En stel dat jij daar zou staan, beschrijf je schaduw eens..’ontdekken en ervaren kinderen hetzelfde als wat Jan ontdekt in het boek.Voor groep 3 voeg je de klok toe door het verschijnsel op een formeler niveau te bespreken en te noteren. Deklok krijgt een prominente plaats; de uren worden afgelezen en genoteerd. Dat kan zowel analoog als digitaal.


In het boek Boer Boris gaat naar zee ( van Lieshout & Hopman) staan begrippen als meer en er kan nog meer bij centraal. Door allerlei voorwerpen en speelgoeddieren op een laadback en tractor te laten laden, ontdekken de kinderen wat handig stapelen is en of er nog meer voorwerpen bijpassen. Vragen van verschillende niveaus als: kan er nog meer bij, hoe stapel je handig en past een koe wel op de laadbak en wat past dan het beste, dagen kinderen uit om dit zelf uitte proberen en handige oplossingen te bedenken. Voor de oudere kleuters en groep 3 breng je op de pagina’s waar de dieren en kinderen in zee zwemmen het begrip spiegelen in. Stel bij de pagina waarbij een deel van de dieren en kinderen boven water en de pagina met het deel onder water zichtbaar zijn, vragen als: hoe kan het verschil tussen boven en onder water ontstaan? Hoe weet je welk dier aan de onderzijde zichtbaar is? Welke herkenningspunten heb je? Wat klopt er niet aan de het paard en waaraan zie je dat? Wat moet er veranderen op de illustratie waardoor het boven en onder water klopt? Vervolgens laat je de niet kloppende gespiegelde dieren correct tekenen.


Prentenboeken zijn dus didactisch hulpmiddelen om in groep 2 en 3 de taal- en rekenontwikkeling van kinderen te stimuleren. Het schatten en het voorspellen van wat er zal gebeuren en of de oplossing klopt, laat kinderen denken en verschijnselen verwoorden: dat is taal en rekenen met een stap naar formeler rekenen ineen.


349 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comentarios


bottom of page